Jaarstukken 2018

Verschillenanalyse per programma

Sociaal domein

Programma Sociaal domein

Financiën (* 1.000)

Jaarrekening 2017

Begroting 2018

Begroting 2018 na wijziging

Jaarrekening 2018

Lasten

37.401

37.710

39.202

38.929

Baten

9.548

9.121

9.872

9.928

Saldo

-27.853

-28.589

-29.330

-29.000

Mutaties reserves

Stortingen in reserves

2.306

85

1.603

2.589

Onttrekkingen uit reserves

1.585

765

1.954

Per saldo mutaties reserves

-722

-85

-839

-635

Saldo inclusief mutaties reserves

-28.575

-28.674

-30.169

-29.635

Toelichting begroot na wijziging versus realisatie 2018

Specificatie verschil (x € 1.000):

Samenkracht en burgerparticipatie

651

Participatie (incl. schuldhulpverlening)

959

WMO - Jeugd

-1.273

Volksgezondheid

-8

Voordelig verschil

330

Voornaamste verschillen:

Algemeen

Over diverse taakvelden binnen dit programma zijn minder uren gerealiseerd dan begroot was. Dit leidt tot een voordeel van € 356.000. Een groot gedeelte hiervan (€ 150.000) wordt veroorzaakt door de aanjager Zorg en Veiligheid die niet in 2018 is begonnen, maar per 2019. Hiervoor wordt een voorstel tot overheveling gedaan. Door de schaarsheid van goed personeel is het lastig gebleken om tijdig passende vervanging te vinden voor openstaande vacatures of bij ziekteverzuim. Daarnaast zijn bepaalde taken ook uitbesteed in plaats van het zelf in uitvoering nemen. Hierdoor is nog een additioneel voordeel ontstaan op de gerealiseerde uren van circa € 206.000.

356.000

Samenkracht en burgerparticipatie

Het voordeel wordt met name veroorzaakt doordat door het bestuur van het dorpshuis Herpt nog geen overeenkomst heeft voor de aankoop van de kerk in Herpt (250.000). Hiervoor wordt een overheveling van middelen naar 2019 voorgesteld.

250.000

Binnen de huisvesting, integratie en participatie van statushouders is een voordeel van € 315.000. Het grootste deel hiervan wordt veroorzaakt door het voordeel op de rijksmiddelen die we voor de huisvesting, integratie en participatie van statushouders hebben gekregen en waarvan wordt voorgesteld een deel over te hevelen naar 2019 (€ 274.000).

315.000

Binnen het sociaal culturele werk is een stelpost beschikbaar voor knelpunten als gevolg van eerder doorgevoerde bezuinigingen. Deze is met name gereserveerd voor het beheer van de buurthuizen. Deze post valt voor een gedeelte vrij.

38.000

Door aanscherping van wettelijke normen zijn de kosten voor de inspecties van de kinderopvangcentra hoger uitgevallen dan begroot.

-27.000

Participatie

Op basis van de concept jaarrekening 2018 van Baanbrekers is in de jaarrekening van de gemeente een voordeel opgenomen van € 985.000 op de deelnemersbijdrage. Dit voordeel wordt met name veroorzaakt door een teruglopend aantal uitkeringsgerechtigden terwijl de rijksuitkering hoger is dan verwacht. Vooruitlopend op de definitieve vaststelling van de jaarrekening van Baanbrekers is het voordeel in de gemeentelijke jaarrekening meegenomen.

985.000

Binnen het armoedebeleid blijkt dat de uitvoering van de bijzondere bijstand heeft geleidt tot een nadeel van € 213.000. De bijzondere bijstand pakt hoger uit vanwege een (verdere) toename van de kosten voor bewindvoering en kosten voor leningen en levensonderhoud gerelateerd aan statushouders. Voor de Heusdenpas is in de begroting van 2018 € 75.000 toegevoegd vanwege de ophoging van de inkomensgrens naar 120%. Daar is echter slechts ten dele gebruik van gemaakt waardoor daar een voordeel is gerealiseerd.

-4.000

Zorg

De kosten voor WMO vallen in totaal voordelig uit. Dit voordeel bestaat uit voor- en nadelen op de verschillende componenten (Hulp bij Huishouden, begeleiding/dagbesteding, voorzieningen tbv mobiliteit of huisaanpassingen).

Zo is op hulp bij huishouden ten opzichte van de begroting een flink voordeel te zien (€ 213.000) terwijl bij begeleiding / dagbesteding een nadeel is van € 173.000. Voor een deel is dit het gevolg van een verschuiving van kosten van persoonlijke ondersteuning die eerst op het vlak van hulp bij huishouden lag en nu verantwoord wordt op begeleiding. Daarnaast is het aantal cliënten dat gebruik maakt van hulp bij huishouden afgenomen. Het aantal cliënten en het aantal (maatwerk)voorzieningen met betrekking tot begeleiding is verder toegenomen in 2018.

In de vervoers-, woon- en mobiliteitsvoorzieningen (rolstoelen) is een voordeel van € 51.000 ontstaan. Dit voordeel zit met name in de lagere kosten voor rolstoelen en woonvoorzieningen. Bij de 1e bestuursrapportage was het, op basis van het aantal aanvragen, nog de verwachting dat er sprake zou zijn van een lichte stijging van het gebruik waardoor op basis van contractafspraken een nabetaling zou volgen. Deze stijging heeft zich niet verder door gezet waardoor geen nabetaling verschuldigd is. In 2018 was het aantal dure voorzieningen beperkt.

Vanuit de provincie krijgt de gemeente een vergoeding voor de afkoop van regresrechten. Vanuit het voorzichtigheidsprincipe zijn deze niet begroot. Hier is een voordeel van € 26.000.

125.000

Jeugd

In 2017 is in het jaarresultaat een prognose opgenomen. Bij het afronden van de regionale jaarrekening 2017 eind 2018 is het definitieve resultaat bekend gemaakt. In dit resultaat zit de afrekening over de jaren 2015 tot en met 2017, waarmee deze jaren ook administratief zijn afgesloten. Dit resultaat is ca. € 300.000 negatiever dan verwerkt in de gemeentelijke jaarrekening 2017. Dit bedrag komt nu ten laste van 2018.
In 2018 zijn de zorgkosten voor de jeugdzorg flink gestegen. Ook nu is op basis van een prognose (2e herijkte regiobegroting Jeugdzorg 2018) een voorlopig resultaat 2018 opgenomen. Naast deze prognose is de hoogte van de zorgkosten nog getoetst aan van de meest recente doorrekening (van medio april 2019) waarbij ook rekening is gehouden met een eigen schatting van zorgkosten die laat in beeld zijn gekomen. Nog niet alle gegevens zijn dus definitief. Hierdoor kan er na vaststelling van de definitieve cijfers een afwijking van de in deze jaarrekening opgenomen cijfers ontstaan, wat zichtbaar zal worden in 2019.
De stijging van de kosten komt door een toename van zowel het aantal cliënten als het aantal voorzieningen. Het grootste deel van de stijging van de kosten komt door toename van kosten van de hoog specialistische zorg.

-1.718.000

Volksgezondheid

De bijdrage voor de GGD valt iets lager uit en daarnaast zijn de onderhoudskosten voor het gezondheidscentrum lager dan begroot.

11.000

Overige verschillen

-1.000

Saldo verschil

330.000

Toelichting op hoofdlijnen realisatie 2018 versus realisatie 2017

Specificatie verschil (x € 1.000):

Saldo jaarrekening 2018

-29.000

Saldo jaarrekening 2017

-27.853

Nadelig verschil

-1.147

Voornaamste verschillen:

In 2018 zijn er meer uren doorbelast dan in 2017.

-149.000

De bijzondere bijstand is in 2018 verder toegenomen, met name door een verdere toename van de kosten voor bewindvoering en kosten voor leningen en levensonderhoud gerelateerd aan statushouders

-97.000

Middelen voor participatie worden via de integratieuitkering verkregen, deze middelen storten we 1 op 1 door naar Baanbrekers. In 2018 was dit bedrag hoger dan in 2017. Op de totale begroting is dit echter neutraal omdat we ook van het rijk meer middelen hebben ontvangen dan in 2017. Dat valt echter onder het programma Algemene dekkingsmiddelen.

227.000

In 2018 is voor baanbrekers totaal het gemiddeld aantal uitkeringsgerechtigden verder teruggelopen van 1670 eind 2017, naar 1558 eind 2018. Doordat het rijksbudget voor de BUIG naar boven is bijgesteld is de uitkering per gemeente ook hoger. Voor Baanbrekers heeft dit fors positief uitgepakt. Daardoor is het voordeel op de deelnemersbijdrage in 2018 ten opzichte van 2017 fors.

1.435.000

Op de woningaanpassingen, vervoers- en rolstoelvoorzieningen is in 2018 minder uitgegeven dan in 2017. Dit wordt met name veroorzaakt doordat er in 2018 minder dure voorzieningen waren dan in 2017.

85.000

De lasten voor PGB zijn iets gedaald in 2018 ten opzichte van 2017

67.000

De kosten voor Hulp bij huishouden zijn wat gedaald in 2018 tov 2017, doordat de inkomsten van de eigen bijdrage echter sterker gedaald zijn is er per saldo een nadeel. De inkomsten uit eigen bijdrage zijn lager als gevolg van een lokale beleidswijziging ten gunste van de lagere inkomens.

-83.000

Bij de zorg in natura zien we een stijging van de kosten in 2018 tov 2017.

-287.000

Op het onderdeel schuldhulpverlening valt het saldo voordelig uit. Hierin waren de middelen (klijnsma) voor armoedebestrijding opgenomen en deze zijn beperkt aangesproken.

35.000

De kosten voor jeugdzorg zijn flink toegenomen. Er zitten hierin een aantal effecten. De stijging van het aantal cliënten en de voorzieningen per cliënt zijn de voornaamste oorzaak van de stijging.  De kosten van het maatwerk zijn ook gestegen, met name voor het begeleid wonen.
Daarnaast is er een effect van € 300.000 uit 2017 omdat het verwachte resultaat op jeugdzorg in de jaarrekening 2017 gunstiger was ingeschat dan het uiteindelijke resultaat over 2017. Dit komt ten laste van 2018.
Verder is in 2018 ook rekening gehouden met nakomende kosten die nog niet in de laatste prognose van de regio verwerkt waren van circa € 198.000.
Naast de stijging van de zorgkosten is er ook een beperkte stijging van de niet-zorgkosten.

-2.334.000

De bijdrage aan de GGD is in 2018 gestegen. Doordat er een voordeel is op de onderhoudskosten voor het gezondheidscentrum is de totale stijging beperkt.

-28.000

Overige verschillen

-18.500

Saldo verschil

-1.147.500